
Een ambtenaar moet een eed of belofte afleggen om formeel te verklaren dat hij of zij het ambt op een eerlijke, integere en betrouwbare manier zal uitoefenen, trouw zal zijn aan de Grondwet en het algemeen belang zal dienen. Dit onderstreept de bijzondere verantwoordelijkheid en voorbeeldfunctie van ambtenaren, en waarborgt dat zij zich houden aan wetten, regels en ethische normen. Door deze eed of belofte af te leggen, geeft de ambtenaar aan zijn werk zorgvuldig, onkreukbaar en zonder belangenverstrengeling te doen, en vertrouwelijke informatie geheim te houden